Op school, geïntegreerd met ander kinderen hebben de Basarwa kinderen het niet gemakkelijk. Zij worden als groep minderwaardig beschouwd waarbij kenmerken van discriminatie niet te ontkennen zijn. Ouders komen minder gemakkelijk op school, Basarwa zijn slechter gekleed, er is regelmatig schoolverzuim, kinderen voelen zich/zijn minder ondersteund. Redenen om niet naar school te gaan zijn velerlei: regenval, geen water, geen zeep om uniform te wassen, ouder ziek, zelf ziek, oppassen op kleine kinderen in het gezin, etc. Veel kinderen hebben hierdoor een achterstand opgelopen. Er wordt veel gedoubleerd en er is geen individuele aandacht mogelijk op school.
Het schoolsysteem in Botswana is puur klassikaal gericht op de gemiddelde leerling. Door de opgelopen achterstand sluit dit klassikale onderwijs niet aan bij wat de Basarwa kinderen nodig hebben. Zo zit Tuto, een jongen van 10 jaar die niet of nauwelijks kan lezen wel gewoon in een groep 6 waar het aanbod door gaat volgens de methode. Het enige wat hij eigenlijk kan is het overschrijven van de lesstof van het bord, verwerken kan hij het niet. Zo is het leereffect op school voor hem nihil. Het is opvallend hoe hij bij Bokopano komt. Hij heeft nog energie en motivatie genoeg om na zijn schooldag nog 2 uur bij ons zich te concentreren! Bij Bokopano krijgt hij individuele leesinstructie en verder les in een klein groepje op zijn eigen niveau. Zo start ineens een leerproces! Voor de helpklas zijn er een leerkracht en een assistent.
Na de middag staat Bokopano open voor de basisschoolkinderen (7 t/m 15 jaar) uit de buurt (Makolojwane primary school). In de helpclass krijgen ongeveer 20 kinderen aandacht en begeleiding in schoolse vakken en ze krijgen de mogelijkheid om te sporten. Het doel is om hen te helpen bij het blijven volgen van onderwijs. We hopen hiermee de schooluitval te verminderen.
De kinderen komen na school, tussen 14.00 en 15.00 uur binnenlopen, en krijgen dan eerst limonade en een dubbele boterham met pindakaas en jam. Met ieder kind wordt dan individueel gelezen, zowel in hun eigen taal (Setswana) als in het Engels. De anderen lezen vrij op eigen niveau en naar eigen interesse. Daarna is er voor de helft van de groep sport, de andere helft begint met taal of rekenen. Daarna wisselen de groepen. Voor het sportonderdeel hebben we een “trainer” die vooral met de jongens graag voetbalt, er wordt ook netbal of hockey gespeeld. We hebben voor alle kinderen sportschoenen en eenvoudig sportmateriaal. De invulling van het taalprogramma is de ene dag Setswana, de andere dag Engels. Bij Setswana staat vooral begrijpend lezen en zinsbouw centraal, bij het Engels is conversatie rondom een thema het belangrijkste, waarbij aan de woordenschat en ook de spelling ervan geoefend wordt. We werken in niveaugroepjes en individueel. Na korte instructie op het bord verwerken de kinderen de leerstof in hun schrift, gebruik makend van lesmethoden die ook op de basisschool gebruikt worden. Ook bij het rekenen werken we met thema’s die een tijd lang centraal staan. Zo zijn we een periode bezig geweest met geld en ook met tijd. Het getalinzicht blijkt zeer beperkt. De kinderen doen alles op de vingers of ze schrijven telstreepjes (wel tot boven de 100) op een kladpapiertje!! Met de kralenkettingen, gesponsord door pabo Groenewoud, proberen we dit te doorbreken. Een speels aanbod, gericht op praktische en functionele vaardigheden spreekt hen het meest aan.
Kinderen worden twee keer per jaar getoetst waarbij zicht op vooruitgang van de eigen ontwikkeling het belangrijkste is. Het geeft ook voor de leerkrachten sturing aan het onderwijsaanbod.
Kinderen worden gestimuleerd en gemotiveerd door de aandacht die ze krijgen en door beloningen voor groei (cadeautjes). Hierdoor groeit het zelfvertrouwen en het plezier in onderwijs.